Voorraadaantastende Insecten
Onder voorraadaantastende insecten verstaan we de volwassen insecten of de larven van deze insecten die voedselvoorraden aantasten.
Voorraadmotten
Voorraadmotten
Er zijn verschillende soorten motten in de levensmiddelenindustrie, zoals de cacaomot, amandelmot en grauwe meelmot. Voorraadmotten lijken erg op elkaar. De volwassen motten zijn ongeveer 10 mm tot 20 mm lang en hebben een vleugelspanwijdte van 15 mm tot 30 mm (afhankelijk van de soort). Deze mottensoorten hebben een onopvallende grijze kleur (vlekkerig). De achtervleugels zijn vaak wat lichter van kleur. De larven zijn 12 tot 19 mm lang en wit van kleur.
Er worden ongeveer 200 eitjes per keer gelegd op een voedselbron (bij meelmotten kan dit oplopen tot 500 eitjes). Bij een temperatuur onder de 13 graden staat de ontwikkeling van voorraadmotten vrijwel stil. Bij 20 graden Celsius ontwikkelt de meelmot zich uitstekend, de cacaomot en de amandelmot geven de voorkeur aan hogere temperaturen.
Alleen de larven tasten diverse soorten producten aan zoals havermout, bloem, meel, zetmeel, noten, granen, gedroogde groenten en fruit. Tevens kunnen larven ook andere plantaardige producten zoals tabak aantasten. Alleen de larven voeden zich met bovengenoemde producten. De voorraadmotten komen voor op warme en vochtige plaatsen. De larven zoeken een verpoppingsplaats en verlaten de voedselbron. De voorraadmotten zijn overdag niet actief en worden daarom niet of nauwelijks opgemerkt.
Schade voorraadmotten in voedingsmiddelen industrie
De voorraadmotten brengen schade aan door het aantasten van producten, waardoor materiaalverlies optreedt. Producten worden tevens verontreinigd door de uitwerpselen, dode motten en spinsels. Tevens kan door de aantasting van het product schimmelvorming ontstaan. Bij meelfabrieken kunnen larven het fijne gaas van zeven aantasten en kan het door hun samengesponnen meel zorgen voor verstoppingen in onder andere buizen.
Wering en preventie
Om overlast van voorraadmotten te voorkomen, is het belangrijk onderstaande tips waar mogelijk op te volgen:
- Controleer regelmatig de voorraad indien producten langdurig worden opgeslagen.
- Houd de temperatuur van opslaglocaties bij voorkeur onder de 13 graden Celsius, zodat de ontwikkeling van voorraadmotten nagenoeg stil staat.
- Sla producten zo kort mogelijk op.
- Controleer nieuwe voorraden bij binnenkomst op de aanwezigheid van motten.
- Hanteer het FIFO systeem bij het gebruiken van voorraden.
- Zorg ervoor dat leeggekomen ruimtes goed schoongemaakt worden. Denk aan alle naden en kieren.
- Berg voedingsmiddelen zo veel mogelijk afgesloten op
- Ruim gemorste voorraden op.
Indien toch voorraadmotten worden aangetroffen, is het noodzakelijk aangetaste voorraden af te voeren. Na het afvoeren van de voorraden is het belangrijk de ruimte (ook onder andere naden en kieren en in machines) goed schoon te maken.
Voorraadmotten particulieren: wat te doen aan overlast
Het is belangrijk om te beginnen met zoeken naar de bron, welke vaak te herkennen is door achtergebleven spinrag, eitjes, rupsjes of cocons. Het voedsel wat besmet is kan je het best weggooien in een afgesloten zak bij restafval. Voorraadmotten kunnen zich binnendringen door de kleinste kiertjes en verpakkingen waardoor het van belang is dat je streng controleert.
De overgebleven producten kan je het best enkelen dagen invriezen. Hierdoor kunnen eventuele achtergebleven eitjes niet uitkomen. Productverpakkingen die niet ingevroren kunnen worden kan je het best goed schoonmaken met schoonmaakazijn. Ter voorkoming van een nieuwe besmetting is het slim om nieuwe gekochte producten zoals graanproducten, noten, chocolade, gedroogd fruit één aantal dagen in te vriezen.
Zodra u de bron heeft weggehaald, is het verstandig om ervoor te zorgen dat de locatie grondig word schoongemaakt. Begin met uitzuigen, poets het dan grondig met schoonmaakazijn en als laatste ga je alles na met een heet sopje. Zorg ervoor dat je alle plekjes goed gehad hebt.
De voorraadmotten zijn met name in de avond actief waardoor het slim is om ’s nachts rond te kijken en eventuele rondvliegende meelmotten te doden. Na een maand kan je controleren of de meelmotten werkelijk verdwenen zijn. Kleefvallen kunnen hierbij helpen. Dit duurt een maand omdat eventuele eitjes die nog achtergebleven zijn na ongeveer een maand uitkomen.
Tips ter voorkoming van overlast
- Gewild voedsel opbergen in een afgesloten (glazen) pot of blik. Denk aan muesli, rozijntjes, rijst, macaroni, meel, brinta, havermout, maïzena, chocolade, nootjes, crackers en zoutjes.
- Oude voorraden opruimen.
- Koop geen grote voorraden.
- Producten niet te lang in één kast laten staan.
- Temperatuur in de ruimte onder de 13 graden houden.
Fruitvlieg
Fruitvlieg
De grootte van een volwassene fruitvlieg is 3-4 mm lang. De ogen zijn helderrood en het achterlijf vertoont bruine dwars strepen. Een adembuis is voorzien bij de eitjes en larven dit is voor in vloeistof.
De voeding bestaat uit rottende, gistende materialen echter ook het sap van beschadigde planten en vruchten. Soms bestaat de voeding ook uit schimmels. De geur van zwakke oplossingen van alcohol of azijn trekt ze aan. Het leefgebied van het ei, de larve en de pop zijn hetzelfde als de producten waar de vliegen zich mee voeden. De volledige ontwikkeling van ei tot vlieg duurt ongeveer 8-11 dagen. Een bevrucht vrouwtje kan 400-900 eitjes leggen.
Schade en overlast
Bedrijven zoals bierbrouwerijen, jamfabrieken, limonadefabrieken, cafés en fruitwinkels zijn bedrijven die flinke overlast kunnen ervaren evenals agrarische sectoren. Op particulier gebied zal de overlast met name te vinden zijn in de keuken of gft-containers. De uitwerpselen van fruitvliegen verontreinigen fruit- en groenteproducten. Het vers, gaaf fruit wordt niet aangetast.
Omdat een volwassen vrouwtje veel eitjes legt, kan men snel overlast ondervinden van grote aantallen fruitvliegen.
Wering en preventie
De ontwikkelingsbron opzoeken is erg belangrijk bij grote overlast. Waar mogelijk deze ook te verwijderen. Beoordeel of er punten zijn die u kunt opvolgen ter voorkoming van overlast.
- Bewaar geen rottend fruit.
- Bewaar groente en fruit niet lang onafgedekt.
- Maak het aanrecht, eettafel en kookplaat meteen schoon.
- Spoel gebruikte glazen en lege flessen meteen om.
- Etensresten in de gft-bak gooien.
- Plaats de gft-bak op een koele plek, uit de zon.
- Sluit vuilnisemmers en afvalcontainers goed af.
- Reinig de vuilnisemmers/afvalcontainers/gft-bak na het legen.
- Spoel wekelijks schrobputjes door.
- Werk hygiënisch.
- Ruim open frisdrankjes meteen op.
- Ruim koffiedrap meteen op.
- Reinig de biertap goed.
Kakkerlakken
Kakkerlakken
Wanneer u in een warm land op vakantie bent, zult u ongetwijfeld met kakkerlakken in aanraking komen. Maar ook in ons land komen kakkerlakken voor. Een aantal daarvan is onbewust in de koffers van de vakantiegangers meegereisd naar Nederland. De zogenaamde Duitse kakkerlak is de soort die hier het meest voorkomt.
Kakkerlakken zijn lichtschuwe insecten. Zij leven in warme, vochtige omgevingen waar voldoende voedsel aanwezig is. Vooral keukens zijn aantrekkelijke plaatsen voor de beestjes. Dit geldt echter ook voor ziekenhuizen, bejaardentehuizen, restaurants, bakkerijen, overdekte zwembaden en dierentuinen. Wanneer ze eenmaal binnen zijn, verspreiden ze zich gemakkelijk door het gehele gebouw: een leidingdoorgang of een gat in de voeg van een muur biedt ze voldoende opties.
De kakkerlakken komen tevoorschijn als het donker is. Zij gaan dan op zoek naar voedsel. Schade die veroorzaakt wordt doordat de kakkerlakken het voedsel eten, is niet erg groot. Daarentegen veroorzaken de uitwerpselen wel voedselverontreiniging. De ontlasting verspreidt vele bacteriën en dus ook ziekten. Doordat de beestjes zich niet of nauwelijks laten zien als het licht is, worden zij vaak pas opgemerkt als zij in grote aantallen aanwezig zijn.
Om kakkerlakken te weren, is een goede hygiëne belangrijk. Op deze wijze wordt voedsel ontnomen voor kakkerlakken. Daarnaast is het belangrijk naden en kieren af te dichten en levensmiddelen in koele magazijn te bewaren.
Broodkever
Broodkever
Broodkevers zijn bruine tot roodbruine insecten van 2 tot 4 millimeter groot. Ze zijn te herkennen aan het halsschild dat de kop als een soort monnikskap bedekt. Ook zijn ze herkenbaar vanwege de dekschilden die fijne lengtestrepen vertonen. Ze zien er in eerste instantie uit als houtwormkevers, dat komt doordat ze tot dezelfde familie behoren.
De vrouwelijke broodkever legt ca 60 eitjes per keer. Na 28 dagen komen de larven uit de eitjes. Deze larven gaan zich verpoppen in een cocon dat gemaakt is van voedseldeeltjes en speeksel. De ontwikkelingsduur van een ei tot een kever bedraagt 7 maanden bij 18 graden. Hoe hoger de temperatuur is, hoe sneller de ontwikkeling zal gaan. Bij 30 graden is de ontwikkelingsduur nog maar een maand. De larven gaan op zoek naar ander voedsel en tasten dan harde, droge zetmeel houdende producten aan. Voorbeelden van deze producten zijn macaroni, bouillonblokjes en honden- en kattenbrokjes.
Als broodkevers droge voedingsproducten aantasten, kan dit herkend worden aan de ronde gaatjes in de producten. Dit zijn de uitvliegopeningen van de volwassen kevers. Bij meelachtige producten is er sprake van cocons die zich tegen de wanden en op de bodem van het verpakkingsmateriaal bevinden. Ze boren zich door onder andere plastic en papier om uit te kunnen vliegen. Het is raadzaam om alle kasten te controleren. Vergeet hierbij de kunstzinnige deegwaren die aan de muur hangen niet, want ook deze worden nogal eens aangetast. Het advies is om aangetaste producten te vernietigen en de nieuwe producten in een goed afsluitbare verpakking te doen.
Wilt u weten hoe wij broodkevers bestrijden? Klik op de link en u zult erachter komen dat wij ze op een diervriendelijke manier verjagen.